donderdag 2 oktober 2014

Collectegeld.

We schuiven aan tafel, zaterdagavond 18.15.
Man heeft lekker gekookt, glas wijn erbij. Plotseling zegt Zoon: 'zullen we vanavond naar de kerk gaan?'.
Verrast kijken we op, Zoon-autisme-puber die voorstelt om naar de kerk te gaan, die kans moeten we grijpen.
Leuk idee, maar dan moeten we wel dooreten om op tijd te zijn.

Onze gemeente heeft 2 diensten op zondag, maar die worden zo druk bezocht dat een derde dienst nodig is.
Op zondag lukte dat niet, dus kunnen wij ook op zaterdagavond naar de kerk.
Prettige bijkomstigheid is dat de zaal dan niet zo vol zit en dan vind Zoon dan weer fijn, niet zoveel prikkels.

Hij hangt wat naast me, eet een snoepje en schrijft wat in een boekje wat ik altijd meeneem.
Tijd voor de collecte.
'Heb jij nog geld mee genomen?'vraag ik aan Man, want dat ben ik in de haast vergeten. Hij rommelt in zijn broekzakken en zowaar, hij tovert geld tevoorschijn.
Ik druk Zoon een muntstuk in zijn handen en sta alvast op om met de band op het podium mee te zingen.
Als de collectemand langs komt, gooi ik mijn geld erin en geef die aan Zoon die op zijn beurt de mand weer verderop in de rij doorgeeft.
Ik zing lekker verder en kijk uit een soort automatisme even om naar Zoon.
Vreemd? Hij heeft zijn rechterhand dicht geknepen.
Nee hé, hij pikt weer eens snoep uit mijn tas! Vragend knik naar hem en naar zijn hand, maar hij haalt zijn schouders op.
'Wat heb je in je hand?', sis ik naar hem.
Hij kijkt me aan en opent zijn hand. Het collectegeld! Ik kijk hem aan en met 1 beweging pak ik het geld en mik ik het in de mand die net in de rij achter ons langs komt.
Woedend kijkt hij me aan. Ik kijk terug, verbijsterd.
Hij draait zijn hoofd weg.

Ik weet niet hoe jij zou reageren, maar in mijn hoofd buitelen er allerlei gedachten.
Huh? Doet Zoon dit? Doet hij dit bewust? En hoe reageren we op een goede manier?
En ergens...ergens moet ik ook grinniken. Hij is echt puber. Gekke vent!

Wanneer we teruglopen naar de auto, sein ik in een paar woorden Man in.
Ook hij is verbijsterd. 'Deed ie dat echt?'. Ja dus.
Thuis gekomen is Zoon weer in een goede mood en als we met een kop thee en koek om de tafel zitten, begin ik heel voorzichtig.
'Maar Zoon, waarom deed je dat geld niet in de mand?'. Hij haalt zijn schouders op.
'Heb je dat weleens vaker gedaan?', vraagt Man. 'Ja hoor, ik denk 3 keer en toen heb ik het in mijn spaarpot gedaan', zegt hij.

Ik kijk uit mijn ooghoeken naar Man. Ik zie op zijn gezicht de spieren trekken en hij doet zijn best om niet te gaan lachen.
Ik knijp in zijn been, omdat ik anders ook moet lachen.
Ik hervat het gesprek: 'maar Zoon, dat geld is toch voor andere mensen bedoeld? Mensen die heel weinig geld hebben om eten te kopen of voor mensen die in oorlog leven'.

'Jaja', zegt hij geïrriteerd en dan met stemverheffing: 'MAAR JIJ VERGEET STEEDS OM MIJ ZAKGELD TE GEVEN!'.
Mijn mond valt open. En dan moet ik toch echt lachen! 'Lieverd, dan zeg je dat toch tegen me? Dat is ook suf van mij om te vergeten!'.
Hij kijkt me aan en zegt dan: 'oooh jah! Ja, dat kan ook'.

Later vraag ik aan Man: 'heb jij dat weleens gedaan?'.
Hij kijkt me aan en dan barst ik weer in lachen uit.
Dus.......


Monstera In The Saddle